zaterdag 10 september 2011

"Een mooie sche(r)ts" voor balletliefhebbers.

Naar aanleiding van 50 jaar het Nationale Ballet, heb ik mijn collectie balletboeken uit mijn bibliotheek gehaald. Eigenlijk om ze bij deze gelegenheid te koop aan te bieden en de staat resp. eventuele waarde in te schatten. En ja... dan ga je toch(weer)lezen. Meestal zijn het opsommingen van werken, choreografen, dansers... waarvan niemand, op die echte ballet-hystericus na dan, nog enige herinnering heeft. Soms staan er rencentie-achtige beschrijvingen en, helaas zelden, pure observaties. Een enkele grappige anekdote maakt dan zo'n boek eventueel "leesbaar" naast de meestal prachtige foto's. En toegegeven, behalve de echte balletgeschiedenis boeken - meestal zonder plaatjes - heb ik die boeken destijds ook niet echt gelezen maar alleen de foto's met hun onderschriften bekeken. Maar ter gelegenheid van de komende reunie ben ik toch even een beetje in de historie van het ballet in Nederland gedoken. En al moet ik zeggen - ja sorry - dat je zowat kaakkramp krijgt als je 5 pagina's aan melagomanische beschrijvingen zou willen voorlezen, soms is het in de simpelheid zo herkenbaar... Zo vond ik een soort observatie die mij als danser maar ook als belichter, toneelgek,... zó bekent voor kwam, net zoals mijn eerste jaren in schouwburgen rond 1958-63 in Belgie en NL:

Niets is lelijker, zo onaangenamers dan het inwendige van een schouwburg. (Edit: Vaak stonk het naar schimmel!) Alles is bedrieglijk, tot zelfs het licht, dat van beneden en opzij komt i.p.v. omhoog. (...) Alleen om de danseuse kan men niet lachen. Zij boezemt zoveel medelijden in, dat de scherts u op de lippen besterft: Zij treedt glinsterend en geblanket uit haar kleedkamer. Er blijven nog slechts enkele minuten over eer zij op het toneel dient te verschijnen. Ze haalt een zakje te voorschijn dat zij (in een bakje)op de vloer uitstrooid. Het is hars! Zij plet het om de zooltjes van haar dansschoentjes mee in te wrijven zodat zij niet zou uitglijden. Na enige rek-en-strek oefeningen, met haar hand controlerende of haar valse chignon nog goed vast zit, en dan, haar ritornelle afgewacht, als de bliksem, staat zij op het toneel! Haar mond en coeur, haar armen rond. Ze draaid, klimt op de tenen... werpt zich voorover en achterover, enkele entre-chats, piqué... springt omhoog om op de tenen - in de maat - neer te dalen... Als ze de kracht nog heeft zal zij straks de toeschouwers noch een glimlach toewerpen! En het publiek? Soms klapt het in de handen. En dan staat ze weer tussen de coulissen. Zij loopt niet meer. Ze sleept zich voort zonder adem, druipende van het zweet, half verstikt met de handen op de borst waar zij het kloppen van een vermoeid hart tot bedaren tracht te brengen. Zij werpt zich haastig een sjaal om het lijf, want ze beeft in de koude luchtstroom die haar omgeeft in de gangen. Ik heb eens een danseuse horen zeggen, toen ze aldus in haar kleedkamer kwam: "Gossamme, ik ga nog liever hout hakken!"

MIJN herkenning gaat maar terug tot ongeveer 1958. Maar deze "Mooie schets" is geschreven in... 1878!!! (Ik heb om het jaartal niet vooraf prijs te geven een aantal "oud" Nederlandse woorden vrijelijk naar normaal, hedendaagse NL-se woorden omgezet zonder de zin te veranderen! vb: kleedkamer was dus: Loge; Toneel was Scene, e.d.) Vond u het leuk? Ik heb nog van dat soortgelijke schertzen en plezanterieën: Deel oud historisch, deel EIGEN belevenissen. Laat het me weten a.u.b. :)